Rozemarijn is een rasechte klassieker in de kruidentuin. Dit aromatische kruid produceert langwerpige twijgjes met enkelvoudige blaadjes. De kleur is blauwgrijs en opvallend. Je verwerkt ze in tal van gerechten én je kunt de plant makkelijk zelf kweken!

Waar plant je rozemarijn?
Rozemarijn is een mediterrane plant die het bij ons matig goed doet. De plant overleeft niet altijd onze winters in België en Nederland, al zijn die winters de afgelopen jaren verwaarloosbaar. Je zet de plant dus maar beter op een beschutte plaats en een goed gedraineerde bodem. Het liefst van al groeit rozemarijn in een rotsachtige tuin met een kalkrijke grond. De plant verlangt geen grote hoeveelheden meststoffen, maar weet een flinke portie compost in het plantgat wel te appreciëren. Geef de plant een plekje in de zon maar vermijd wind – die ’s winters erg gemeen kan zijn.

Stekken
Je kunt rozemarijn zaaien of stekken, al geven wij er de voorkeur aan om de plant te stekken. Zaaien levert minder sterke planten op die gevoeliger zijn voor ziekten en schimmels en zogoed als zeker de winter niet door zullen komen. Je kunt rozemarijn in het voorjaar of in de late zomer stekken en laten overwinteren in de kas. Neem 10 centimeter lange twijgjes die licht verhout zijn en snijd ze schuin af met een scherp mesje. Stop ze in zaaigrond, geef water en wacht geduldig af. Na gemiddeld drie weken beginnen de eerste wortels zichtbaar te worden. Plant ze vervolgens in aparte potjes en knip er vrij snel de kop van de plant uit, dat dwingt ze om zijscheuten te maken en dus bossiger te worden. Vanaf mei geef je ze een plekje in vollegrond of in een pot.

Anderen lezen ook:  De kruidentuin

Hoe verzorg je de plant?
Geef af en toe water tijdens extreem droge periodes, maar overdrijf niet. Rozemarijn groeit het liefst in een droge omgeving. Planten die te groot zijn geworden steun je met een stok en touw. Verwijder ook regelmatig het onkruid dat in de buurt groeit, dat voorkomt schimmels en belagers.

Oogsten & bewaren
Je oogst rozemarijn bijna het hele jaar. Knip af en toe wat takjes af en verwerk ze vers, dan is de smaak het sterkst. Je kunt ze ook laten drogen, maar dan verlies je een hoop aroma.